Vannacht slecht geslapen. Eerst woelend liggen wachten tot mijn middelste vannacht thuiskwam van de film. Opluchting als de sleutel wordt omgedraaid. Die is thuis. Hè, hè. Nu ik nog. Ik blijf mij bezweet omdraaien en kom maar niet in slaap. Heeft te maken met mijn voornemen om weer te gaan schrijven. Gewoon weer iedere dag om 5 uur opstaan en zinnen geven aan mijn bestaan. Niemand anders kan dat voor mij doen. Ik vraag mij wel af of dat schrijven niet een vorm van introverte egotripperij is. IJdeltuiterij. Graven in mijn eigen bekrompen innerlijk en daar oude koek uit opdiepen. Is daar iemand bij gebaat?
Drie maanden in mijzelf opgesloten gezeten. Zomerrecessie. Of was het meer een depressie? (Wanneer gaat een recessie trouwens over in een depressie?) Er schoot mij niets te buiten, woorden bleven binnen. Ik voelde geen enkele noodzaak om mijzelf te disciplineren om iedere morgen weer de stilte op te zoeken en te gaan ontdekken wat ik eigenlijk wil zeggen, vertellen. Terwijl het mij toch erg goed doet om op zoek te gaan naar….., naar wat eigenlijk? Ook nu. Deze vraag alleen levert al spanning op. Misschien is het daar wel om te doen? Zonder spanning kom ik tot niets? Er moet druk op de ketel zijn. Pressie. Zonder pressie geen prestatie. Zonder prestatie een depressie?
Directe aanleiding om weer te gaan schrijven waren zinnen uit ‘Wat jij jonge vriend’. Een prachtige briefwisseling tussen Dick Matema en Marten Toonder. “De traagwerkers krijgen geen trilling; hun vliegwiel draait te langzaam, hun golflengte is te lang. Je moet jezelf op toeren brengen, dan ontvang je meer vibratie en van een hogere kwaliteit. Natuurlijk zit er een gevaar in, want je moet je zelfkritiek laten werken en die kan het tempo lelijk dwarszitten. Ik heb dat veel te veel verwaarloosd en te veel janboel afgescheiden. Maar aan de andere kant ben ik daardoor op paden geraakt die ik anders nooit zou hebben betreden. Dit geldt, geloof ik, voor iedereen. En iedereen is lui in wezen, zodat de hele geschiedenis er een van karakter wordt; meer dan van aanleg.”
Werken. Aan de slag. Onder ogen komen en onder woorden brengen wat er onder de oppervlakte verborgen ligt. Je obsessies berijden, zoals Matema het noemt. Productie draaien. Ook al heeft het misschien niet de kwaliteit die je graag zou willen leveren. Waar je staat, moet natuurlijk ik staan maar wie is de ik die dit leest? Dat ben jij toch? Kwantiteit gaat dus voorop aan kwaliteit. Terwijl het natuurlijk wel om kwaliteit gaat. Karakter, Kwantiteit, Kwaliteit. In die volgorde. Wel grappig om mij mee te laten voeren door deze gedachtesprong. Merk dat ik getrokken word naar de felle woordenwisseling van afgelopen zaterdag met mijn middelste.
Mijn dochter is een begaafd kind. Zou met twee vingers in haar neus haar Atheneum kunnen halen. Maar doet dat niet. Of misschien ook wel. Wacht tot het laatste moment en komt pas dan in actie. Als het bijna te laat is. Is niks mis mee. Wat wel vervelend is, is dat ze geen inzage geeft in wat er in en rondom haar speelt. Ze heeft de neiging om zaken rooskleurig voor te stellen. “ Nee, hoor. Niks aan de hand. Gaat goed.” Praatjesmaker. Kletsmajoor. Lijkt in dat opzicht wel op mij. Snel afgeleid. Erg gericht op anderen. En anderen op haar. Stroop aan haar reet. Anderen gaan haar gemakkelijk af. De ene afspraak na de andere. Daar is ze erg trouw in. Vrienden kunnen op haar rekenen. Behalve als het gaat om afspraken over school. Pas als de druk zo hoog wordt, dat het dreigt te ontploffen, komt ze in actie. Dit weekend ontplofte ik. Erg boos toen ze weer dreigde haar vriendinnen voor te laten gaan op haar afspraken over het inhalen van schoolachterstanden. Was ik boos op mijzelf omdat ik mijn afspraken naar mijzelf en haar niet nakom? Deze vraag komt eigenlijk nu pas bij mij op. Had ik ook niet de afspraak naar mijzelf om iedere morgen om 5 uur op te staan en een stukje te schrijven over wat mij bezighoudt? Was ik nou ook zo boos geweest als ik gewoon de beloftes aan mijzelf en haar was nagekomen? Ik denk het niet. Nu projecteer ik mijn bagger op mijn dochter. Een slechte film. Dank je wel voor de les zonnenstraal en sorry. Ik hoop dat jij meer genoten hebt van de film van gisteravond en vandaag lekker uitslaapt. Heb je wel verdiend. Onzin. Want wat heb ik daar eigenlijk over te zeggen?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten